Artikel Provinciale Zeeuwse Courant van 06-06-2005
Het Armstrong-dagje van Toon Deij kijk hier voor de foto's!
Door Frits Bakker.
De Dauphiné Liberé is de Tour niet, maar toch...
Het is dat Toon Deij uit Axel goed bevriend is met de perschef van Lance
Armstrong, anders was de afspraak voor een ontmoeting met de zesvoudige
Tourwinnaar in het honderd gelopen.
De Amerikaan, die gisteren aan de Dauphiné Liberé
begon (vijfde in de proloog), kwam zaterdag met zijn privé-vliegtuig in Aix les
Bains aan, misleidde zo’n vijftig journalisten en fotografen, die voor zijn
hotel stonden en maakte alleen een half uur tijd vrij voor een persconferentie.
„Daar gaat mijn afspraak“, zei Toon Deij, die in de hal van het hotel op
Armstrong stond te wachten.
Jogi Müller, de perschef, had nog zo zijn best gedaan. „Misschien Toon, heel
misschien heeft Lance een paar minuten tijd voor je.“ De Axelaar, bij wie vorig
jaar een ernstige vorm van kanker werd ontdekt, had het risico maar genomen. „We
rijden in augustus met zes man op de fiets van Axel naar Moraira in Spanje. De
opbrengst is voor de kankerstichting. Ik wilde dat Lance de actie steunt om
sponsors te krijgen.“
„Kom maar naar de Dauphiné, maar niets is zeker“, zei Müller, voormalig renner
van PDM en TVM. „Lance krijgt voor dat soort acties, van mensen die tegen kanker
vechten, honderden verzoeken per dag op zijn website. Daar kunnen we onmogelijk
aan voldoen. We hebben één doel voor ogen: dat Lance voor al die mensen nog een
zevende keer de Tour wint.“
En in de hectiek van de Dauphiné, waar Mart Smeets zaterdag met zijn tv-ploeg
werd afgescheept, kon Toon Deij maar moeilijk verwachten dat Armstrong hem wilde
ontmoeten? Drie, vier uur wachten, hotel in, hotel uit. Komt-ie wel of komt-ie
niet. Maar daar kwam ineens de perschef aanlopen. „Het is nu of nooit, Toon“,
riep hij. „Kom naar het zaaltje hier achter, heel even, voor een hand en een
foto.“
In het Radisson hotel van Aix les Bains vond tien minuten later een historische
ontmoeting plaats. Voor Toon Deij tenminste.
De 58-jarige Axelaar schudde de hand van de beroemde wielrenner. „I wish you a
lot of luck“, zei Armstrong. „Met de tocht en met de strijd tegen kanker.“
En toen hij de sponsornaam op het jack van Toon zag, was er ineens een ’big
smile’. „Hé, Deto Jeans... Ik zie het in de Tour overal op de weg staan.
Honderden keren Deto Jeans, op al die bergen waar we voorbij komen.“ Nog een
foto, nog een hand en weg was-ie. „I wish you all the best.“